SV | De rechtvaardige let verstandelijk op des goddelozen huis, als [God] de goddelozen in het kwaad stort. |
WLC | מַשְׂכִּ֣יל צַ֭דִּיק לְבֵ֣ית רָשָׁ֑ע מְסַלֵּ֖ף רְשָׁעִ֣ים לָרָֽע׃ |
Trans. | maśəkîl ṣadîq ləḇêṯ rāšā‘ məsallēf rəšā‘îm lārā‘: |
De rechtvaardige let verstandelijk op des goddelozen huis, als [God] de goddelozen in het kwaad stort.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
De rechtvaardige let verstandelijk op des goddelozen huis, als [God] de goddelozen in het kwaad stort.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!